Open het transactiescherm van de desbetreffende patiënt.
Noteer het MZ bestand dat onder de ‘Status’ kolom staat voor de desbetreffende factuur.
Ga naar Transacties - Overzicht EI Declaraties.
Dubbelklik op het MZ bestand. Het kan zijn dat u eerst ‘Toon verborgen’ moet aanvinken voordat het MZ bestand zichtbaar is.
Selecteer de patiënt en de factuur en klik op ‘Crediteren'.
Klik in het ‘Details weergeven’ scherm op ‘Alle selecteren’ en vervolgens op ‘Crediteren’.
Klik vervolgens op ‘Ja’.
Wanneer de creditering succesvol behandeld is, opent het declaratiebestand en is de gecrediteerde factuur met een zwarte pijl aangeduid.
De behandelcodes van de patiënt staan nu weer op het behandelplan, verwijder of bewerk deze afhankelijk van de situatie. Als de behandeling niet heeft plaatsgevonden, kunt u het behandelplan verwijderen. Als de behandeling heeft plaatsgevonden, maar u wilt het niet opnieuw factureren, dan kunt u het behandelplan naar behandelhistorie versturen.
De gecrediteerde factuur moet nu naar de zorgverzekeraar worden opgestuurd.
Ga naar Transacties - Samenvatting declaraties.
Dubbelklik op de regel met het crediteringsfactuur.
Controleer in het MZ-bestand dat de creditering juist staat. Het factuur zal zijn aangeduid met een 'C'.
Als het juist staat, doe dan de claim versturen.
Page Comparison
General
Content
Integrations